3 leuke vragen rondom gebarentaal

gebaar-vriend_blog

3 LEUKE VRAGEN RONDOM GEBARENTAAL

Onderstaande vragen krijgen wij zo vaak binnen. Dus we dachten, laten we die eens even nader verklaren!

Heeft elke taal zijn eigen gebarentaal?

Ja, vrijwel elke gesproken taal heeft zijn eigen gebarentaal, of zelfs meerdere gebarentalen, die worden gebruikt door dove en slechthorende gemeenschappen over de hele wereld.

Het is belangrijk op te merken dat gebarentalen volledig onafhankelijk zijn van gesproken talen. Dit betekent dat elke gesproken taal zijn eigen bijbehorende gebarentaal kan hebben. Bijvoorbeeld, de gebarentaal gebruikt door dove Amerikanen, bekend als de American Sign Language (ASL), is heel anders dan de gebarentaal die wordt gebruikt door dove Fransen, bekend als de Langue des Signes Française (LSF) of de gebarentaal in Nederland, de Nederlandse Gebarentaal (NGT). Deze talen hebben hun eigen grammaticaregels, lexicon en culturele aspecten.

Het is ook belangrijk op te merken dat gebarentalen zich ontwikkelen en evolueren, net als gesproken talen, en dat er regionale variaties en dialecten kunnen zijn binnen een bepaalde gebarentaal, net zoals er dialecten zijn binnen gesproken talen. Gebarentalen zijn cruciaal voor dove en slechthorende mensen om te communiceren en maken deel uit van hun culturele identiteit.

Wat is het verschil tussen NGT en NmG?

Nederlands Gebarentaal (NGT) en Nederlands met Gebaren (NmG) zijn twee verschillende vormen van gebarentaal die in Nederland worden gebruikt, en ze hebben enkele belangrijke verschillen:

Nederlands Gebarentaal (NGT):

  • Het wordt gebruikt door de Nederlandse dovengemeenschap als hun primaire communicatiemiddel.
  • NGT heeft zijn eigen grammaticaregels, zinsbouw en uitdrukkingsmogelijkheden en verschilt op vele manieren van het gesproken Nederlands.
  • Het heeft zijn eigen culturele aspecten en is een belangrijk onderdeel van de culturele identiteit van dove mensen in Nederland.

Nederlands met Gebaren (NmG):

  • NmG is een systeem dat wordt gebruikt door dove en slechthorende mensen om de Nederlandse taal te ondersteunen met gebaren. Het is geen volledige gebarentaal, maar eerder een visuele ondersteuning voor gesproken Nederlands.
  • NmG maakt gebruik van gebaren om de Nederlandse taal visueel te ondersteunen, en de grammaticale structuur van NmG komt grotendeels overeen met die van het gesproken Nederlands.
  • Het is vaak nuttig in situaties waarin dove of slechthorende mensen in contact komen met horende mensen die Nederlands spreken, zoals in het onderwijs of op de werkplek.

In essentie is het belangrijkste verschil dat NGT een onafhankelijke, natuurlijke gebarentaal is, terwijl NmG een hulpmiddel is om de Nederlandse taal toegankelijker te maken voor dove en slechthorende mensen. Beide zijn waardevolle communicatiemiddelen, maar ze dienen verschillende doeleinden en hebben verschillende taalkundige eigenschappen.

Gebruik je beide handen bij gebarentaal?

Bij gebarentaal kunnen zowel één hand als beide handen worden gebruikt, afhankelijk van het gebaar en de taal zelf. Er zijn verschillende soorten gebaren die kunnen variëren in het gebruik van één of beide handen:

  • Enkele handgebaren: Veel gebarentalen bevatten enkele handgebaren, waarbij slechts één hand wordt gebruikt om gebaren te maken. De bewegingen van die ene hand, evenals de handvorm en de positie, zijn belangrijk voor het begrijpen van de betekenis van het gebaar.
  • Twee handgebaren: In veel gebarentalen worden beide handen gebruikt voor sommige gebaren. Dit kan betekenen dat de handen samenwerken om een specifieke vorm of beweging te vormen die nodig is om een bepaald concept over te brengen.
  • Non-manuele signalen: Naast handbewegingen spelen non-manuele signalen, zoals gezichtsuitdrukkingen, hoofdbewegingen en lichaamstaal, een cruciale rol in gebarentaal. Deze non-manuele signalen voegen nuances en grammaticale informatie toe aan de communicatie.
  • Misschien nog leuk te weten dat iedereen een voorkeurshand heeft om te gebaren. Vaak als je links bent is links je voorkeurshand, je actieve hand. Als linkshandige zal je bijvoorbeeld bij het gebaar boterham je rechterhand als plank gebruiken. Die houdt je stil, waarop je dan met je linkerhand zogenaamd een boterham af snijdt. Een rechtshandige doet dat precies omgekeerd. Het maakt dus ook niet uit of je een gebaar links of rechts uitvoert.

Het is belangrijk op te merken dat het gebruik van één hand of beide handen afhangt van de specifieke gebarentaal en het gebaar zelf. Bovendien kunnen gebarentalen zeer visueel en expressief zijn, waarbij de bewegingen van handen en lichaam samenwerken om betekenissen over te brengen.

Leer nu meer dan 2000 gebaren met ons online gebarenwoordenboek: https://gebarenles.nl/gebarenwoordenboek/

Heb je nou nog meer leuke vragen voor ons? Stuur ons gerust een berichtje!